DigiContact bleek uitkomst tijdens Corona

Tijdens de intelligente lockdown aan het begin van de coronacrisis in maart hebben mensen met een verstandelijke beperking vaker contact gezocht met DigiContact, ondersteuning via beeldbellen. Het aantal contactmomenten is in die periode aanzienlijk gestegen ten opzichte van de jaren ervoor. Dit blijkt uit onderzoek dat is gepubliceerd in het internationale tijdschrift Journal of Intellectual Disability Research. Onderzoeker Miriam Zaagsma vertelt hoe zij en haar collega’s dit onderzoek hebben opgezet. 

Sinds vier jaar is Miriam Zaagsma, samen met een aantal collega’s, binnen Philadelphia bezig met wetenschappelijk onderzoek naar de mogelijkheden en toegevoegde waarde van online begeleiding van zelfstandig wonende mensen met een verstandelijke beperking. Miriam: ‘Wij proberen vooral verkennend inzicht te krijgen in wat de bruikbaarheid is voor zelfstandig wonende cliënten.’ Nu Corona ons land beheerst, besloot zij te onderzoeken hoe DigiContact in de eerste hectische periode is ingezet.

Als andere ondersteuning wegvalt, kan DigiContact nog wel begeleiding bieden 

Miriam vertelt: ‘Toen Corona zijn intrede deed bleek DigiContact een belangrijke rol te kunnen spelen. We moesten allemaal zoveel mogelijk thuisblijven. We werkten thuis en veel dagbestedingslocaties sloten hun deuren. Daar kwam nog bij dat het soms voor ambulante begeleiders niet mogelijk was om, zoals voorheen, mensen thuis te bezoeken.  De online ondersteuning van DigiContact kon wél doorgaan. Bovendien kon DigiContact haar capaciteit snel uitbreiden. Dat bleek goed te zijn, want we zagen in het onderzoek dat het aantal ondersteuningscontacten tijdens de eerste corona-weken flink toenam.’ 

Door de belregistratie hadden we meteen al veel gegevens 

Op de vraag of het ingewikkeld was om aan informatie te komen, antwoordt Miriam: ‘In tegendeel! DigiContact houdt standaard een aantal gegevens over hun contacten bij.  Bijvoorbeeld de dag en tijd dat een contact plaatsvond, met welk medium ingebeld werd, hoelang een contact duurde en of het contact gepland of ongepland was. Deze gegevens konden wij gebruiken voor het onderzoek. Wij hebben overigens alleen gekeken naar contacten met zelfstandig wonende cliënten van Philadelphia. DigiContact bedient natuurlijk meer doelgroepen, maar die vallen buiten het bereik van ons grotere onderzoek. Daarnaast lag onze focus specifiek op de eerste (hectische) weken van de Corona tijd: van half maart tot eind mei. We hebben de gegevens over deze periode vergeleken met twee periodes zonder Corona: de periode direct voorafgaand aan Corona (januari tot half februari 2020) en dezelfde periode een jaar eerder (2019).’

Na de eerste persconferentie zagen we een forse toename van contacten 

De resultaten van het onderzoek bevestigen de ervaringen van de werkvloer.  ‘Het aantal ondersteuningscontacten per dag was aanzienlijk hoger tijdens de eerste corona-weken dan daarvoor. Het waren vooral de ongeplande contacten (zonder afspraak) die omhoogschoten na de eerste persconferentie waarin premier Rutte diverse maatregelen aankondigde. Na een aantal weken zakte dit weer. De geplande contacten (met afspraak) stegen ook, maar deze groei was langzamer en minder groot. Bovendien startte deze toename een aantal weken later. De toename in het aantal ondersteuningscontacten bleek voor een groot deel te komen doordat cliënten die DigiContact al langer gebruikten, tijdens Corona vaker contact zochten. Daarnaast kwamen er ook cliënten bij die voorheen nog geen gebruik maakten van DigiContact.’

Er zijn verschillende mogelijke verklaringen voor deze resultaten. ‘Mogelijk zorgde Corona in het begin voor meer stress en onzekerheid waardoor cliënten vaker contact zochten met een professional. Ook kan hebben meegespeeld dat cliënten op zoek waren naar toegankelijke informatie over het virus en de maatregelen. Het is ook mogelijk dat de beschikbaarheid van andere vormen van steun een rol speelde. Zo moesten ambulante begeleiders op zoek naar andere manieren om hun cliënten te ondersteunen en konden bijvoorbeeld ouders en andere mantelzorgers ook niet altijd evenveel voor hun verwanten betekenen.’ 

Wat zou een verklaring kunnen zijn voor de afname van het aantal ongeplande contacten na de eerste weken? Miriam: ‘Het kan zijn dat de stress en onzekerheid weer afnam. Het werd allemaal wat minder vaag en antwoorden waren gemakkelijker te vinden. Het kan ook zijn dat cliënten merkten dat contact met DigiContact hen niet verder hielp. Dat kunnen we op basis van dit onderzoek niet uitsluiten.’ 

Het opnemen van online begeleiding in je dienstenpakket maakt je flexibeler 

Wat zie jij persoonlijk als mooiste uitkomst? Miriam: ‘Het artikel laat zien wat de waarde is van een dienst zoals DigiContact. Doordat DigiContact er was, kon toch begeleiding worden gegeven op momenten dat het fysiek niet of minder mogelijk was. Wanneer je online begeleiding kunt aanbieden als zorgorganisatie, maakt dit je dienstenpakket flexibeler. Voor Philadelphia is het mooi om te zien dat haar strategie, om DigiContact op te nemen binnen een breder pakket van diensten voor ambulante cliënten, ook tijdens de Corona tijd zeer waardevol is gebleken. 

DigiContact maakte het tijdens de eerste hectische Corona-weken mogelijk om flexibel tegemoet te komen aan (tijdelijke) veranderingen in de vraag naar zorg. Hierdoor kon DigiContact een belangrijke bijdrage leveren aan de continuïteit van zorg. 

Doordat we hierover een artikel hebben kunnen publiceren in een internationaal tijdschrift, kunnen we dit inzicht delen met geïnteresseerden van over de hele wereld. Dit zijn met name beleidsmedewerkers en wetenschappers.’ DigiContact heeft dus, ook in Coronatijd, kunnen laten zien dat online begeleiding een waardevolle aanvulling is op de fysieke zorg.

Het gepubliceerde artikel is te lezen via deze link https://onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1111/jir.12770

Declaratietitels digitale zorg

De mogelijkheden met betrekking tot digitale zorg zijn sterk toegenomen. Reden voor veel zorgorganisaties om te onderzoeken of het zinvol en mogelijk is om digitale zorg aan te bieden. Al dan niet via een samenwerking met een hierin gespecialiseerde organisatie. 

Een veel gehoorde vraag is: ‘Wie gaat dat betalen?’ Om hierover meer duidelijkheid te creëren heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de meest gebruikelijke declaratietitels op een rij gezet. 

Het complete overzicht is te vinden via deze link.