DigiContact zuil geplaatst bij Thuiszorg West Brabant

Het stimuleert de zelfstandigheid en biedt tegelijkertijd de mogelijkheid om contact op te nemen als er toch iets is.

Al enige tijd maakt Thuiszorg West Brabant (TWB) binnen casemanagement gebruik van de diensten van DigiContact. Sinds november is daar een zuil in een woonzorgcomplex De Snip bij gekomen. Daarmee kunnen bewoners, mantelzorgers en andere betrokkenen met één druk op de knop contact opnemen met DigiContact. We spreken bestuurder Christ-Jan Danen over de aanleiding om deze zuil in te zetten en de eerste ervaringen.

We merken dat de zorgbehoefte toeneemt.

‘Bij TWB werken zo’n 2.000 medewerkers. Zij ondersteunen 7.500 cliënten, van dagelijkse hulp en begeleiding tot de meer gespecialiseerde verpleging en ziekenhuiszorg thuis. We merken dat de zorgbehoefte toeneemt. Het gaat daarbij steeds meer om de zorg die ook in verpleeghuizen wordt gegeven. Dat vraagt meer nabijheid van onze zorgmedewerkers.’

‘Tegelijkertijd is er een tekort aan zorgmedewerkers en dit tekort zal de komende jaren alleen maar toenemen. Binnen TWB onderzoeken we daarom de mogelijkheden om de zorg toegankelijk te houden voor iedereen in onze regio die dat nodig heeft. Dat is onze belangrijkste opdracht.’

‘Thuiszorg is altijd fysieke zorg thuis geweest. We onderzoeken welke vorm van thuiszorg past bij deze tijd en introduceren het begrip “Thuis Zonder Zorg”. Denk daarbij aan zorg op afstand, maar ook aan bepaalde activiteiten waarvoor medewerkers nu nog langskomen. Wat kunnen bewoners daarin zelf? Wat kunnen naasten betekenen en welke digitale oplossingen kunnen we daarnaast inzetten voor begeleiding op afstand? We onderzoeken de zorgbehoefte en hoe we daarvoor alternatieve oplossingen kunnen inzetten, zodat we er zijn op het moment dat het nodig is, maar niet meer voor alles naar iemand toe hoeven te komen. Zo besparen we op de inzet van medewerkers.’

Op het moment dat zich iets bij een cliënt voordoet, wil je eigenlijk direct contact met hem of haar kunnen hebben.

‘Zorg op afstand heeft nog een voordeel. Op het moment dat zich iets bij een cliënt voordoet, heb je namelijk het liefst direct contact met hem of haar. Staat er pas over paar dagen of weken een afspraak gepland, dan is het niet meer aan de orde. Er is dan alweer zoveel gebeurd. Toch kan het een situatie zijn waarover je graag in gesprek had willen of moeten gaan.’

‘Dankzij de begeleiding van DigiContact die we binnen casemanagement inzetten, kunnen cliënten of hun naasten juist op de momenten dat het teveel wordt of dreigt te escaleren, contact met een begeleider opnemen. Je wordt op dat moment gehoord en geholpen en dat biedt veel comfort. Daarnaast begeleiden we cliënten op afstand zonder dat daarvoor iemand fysiek aanwezig hoeft te zijn én met goede resultaten.’

We onderzoeken hoe we woonvormen kunnen stimuleren tot meer zelf- en samenredzaamheid.

‘Naast zorg op afstand onderzoeken we ook hoe we woonvormen kunnen stimuleren tot meer zelf- en samenredzaamheid. Zo hebben we samen met een partner een nieuwe locatie opgezet voor 65+’ers voor wie zelfstandig thuis wonen moeilijk is, maar die dit samen met anderen nog wel kunnen. Ze hebben een bepaalde vorm van zorg, hulp of ondersteuning nodig om zelfstandig te kunnen blijven wonen, maar hebben geen indicatie nodig om hier te wonen. Ze huren gewoon een één- of tweepersoons appartement. Het wordt gestimuleerd om gezamenlijk en voor elkaar te zorgen. Zo onderhouden ze de tuin met elkaar en zijn er gezamenlijke eetmomenten.’ 

‘Voor acute zorgvragen, bijvoorbeeld als iemand is gevallen, kunnen deze bewoners contact opnemen met ons Acuut Team. Er zijn ook andere vraagstukken die bewoners bezig kunnen houden. Iets waarvoor ze, voor hun gemoedsrust, graag iemand willen spreken. Daarom hebben we, naast de gastheer die dagelijks aanwezig is, de zuil van DigiContact geïntroduceerd.’

‘De zuil staat in een gezamenlijke ruimte en heeft een beeldbelfunctie. Met één druk op de knop kan een beeldverbinding worden opgezet met een begeleider van DigiContact. Het heeft een beschikbaarheidsfunctie die enorm wezenlijk kan zijn. De begeleider kent de interne structuur van TWB en weet waar vragen naar doorgezet kunnen worden. Omdat de zuil in een publieke, gedeelde ruimte staat, worden er geen privézaken of gezondheidssituaties besproken. Daarnaast heeft het een geruststellende functie en dat is misschien wel het belangrijkste. Vaak gaat het om relatief eenvoudige vragen of de behoefte aan bevestiging. Op deze manier wordt dat ingewilligd, zonder dat iemand langs hoeft te komen. Een bewoner hoeft zich daardoor niet onnodig lang zorgen te maken.’ 

Er loopt nog steeds niet fysiek iemand rond, maar met één druk op de knop heb je wel met een echt iemand contact.

‘De eerste reacties van bewoners zijn heel positief. Vragen die via de zuil gesteld worden, zijn algemeen van aard en gaan over praktische zaken. Denk aan vragen over de maaltijdvoorziening, maar bijvoorbeeld ook over een partner die vergeetachtig wordt en wat diegene daarmee moet. Ze gebruiken het niet dagelijks, maar dat er iemand beschikbaar is als ze dat nodig hebben, geeft zekerheid en is geruststellend. We zien zelfs dat bewoners hier actiever door worden. Ze durven meer te doen, doordat er voor hun gevoel altijd iemand dichtbij is. Er wordt daardoor steeds minder een beroep gedaan op begeleiders. Zo stimuleert het de zelfstandigheid en biedt het tegelijkertijd de mogelijkheid om contact op te nemen als er toch iets is. Het is geen totaaloplossing, maar een stap die eraan kan bijdragen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen.’

‘Het concept van deze woonvorm is dat er niet altijd een begeleider aanwezig is. Regelmatig komt de wijkverpleegkundige langs en er is een gastheer. Toen bewoners in de woonvorm gingen wonen, maakten sommigen zich zorgen over wat ze moesten doen als er iets zou gebeuren. Dat gevoel van onrust en onveiligheid heeft de zuil voor een deel weggenomen. Er loopt nog steeds niet 24/7 fysiek iemand rond, maar met één druk op de knop hebben ze wel met een echt iemand contact.’

Voor de toekomst willen we ook een digitale schil om TWB heen vormen: TWB Altijd.

‘De zuil is een nieuw product die we op verschillende woningen en ook bij een ander type cliënten kunnen inzetten. In de toekomst vervangt het mogelijk vaker de fysieke aanwezigheid van een begeleider. We zijn met elkaar aan het ervaren hoe het bevalt en tegelijkertijd raken cliënten zo alvast vertrouwd met een digitale vorm van zorg.’

‘Op dit moment wordt thuiszorg nog steeds geassocieerd met fysieke aanwezigheid. Voor de toekomst willen we ook een digitale schil om TWB heen vormen: TWB Altijd. Het is de bedoeling dat cliënten altijd contact met ons op kunnen nemen, via een beeldbelverbinding, spraakbericht en chat. Dat doen we met verschillende partners, waaronder DigiContact. Dankzij die begeleiding op afstand kunnen we er 24/7 voor cliënten zijn. Daarom heet het TWB Altijd.’

We zetten het in voor het idee van leven in plaats van zorgen.

‘De zuil van DigiContact is een extra service die we aanbieden. Het helpt ons om de zorg toegankelijk te houden en de zelf- en samenredzaamheid te stimuleren. De fysieke aanwezigheid van een begeleider is hierdoor minder nodig en tegelijkertijd blijft de kwaliteit van leven nog steeds goed. We zetten het in voor het idee van leven in plaats van zorgen.’

Ik vind het belangrijk dat mijn werk aansluit bij mijn persoonlijke waarden

Eerder werkte Margriet Olthuis in commerciële bedrijven aan procesverbetering. Op den duur voelde ze dat dit werk niet meer bij haar paste. Een groot deel van onze tijd besteden we aan werken. Margriet besloot die uren te willen besteden aan iets waar de wereld een beetje beter van wordt. Daarom maakte ze de overstap naar de zorg en begon ze 2,5 jaar geleden als teamcoach bij DigiContact. We spreken Margriet over haar werk, motivatie en vrije tijd. 

Ik ben in Utrecht blijven hangen, het is echt ‘m’n stadsie’ geworden.

Zou je jezelf willen voorstellen? ‘Mijn naam is Margriet Olthuis. Ik woon in Utrecht met mijn vriend en onze drie kinderen. In Utrecht heb ik Algemene Sociale Wetenschappen gestudeerd. Ik ben er blijven hangen en het is echt ‘m’n stadsie’ geworden. We wonen in een jaren ’30 wijkje aan de rand van het centrum. Het is hier eigenlijk net een dorp.’

‘Na mijn studie ging ik als managementassistent werken bij een facilitair dienstverlener en deed ik een traineeship bij een grote verzekeringsmaatschappij, waar ik de procesverbetering in rolde. Ik vind het mooi om de behoefte van de klant centraal te stellen en te bekijken hoe we daarvoor het werk zo efficiënt en effectief mogelijk kunnen inrichten. Later ben ik bij KPN terechtgekomen, waar ik in verschillende functies veel heb geleerd. Op een gegeven moment merkte ik echter dat deze commerciële omgeving niet meer paste bij wat ik in werk wil halen en brengen en daarom ging ik op zoek naar iets anders.’

Het concept van de digitale aanvulling van de reguliere zorg sprak me aan.

‘In de zomer van 2020 zag ik de functie van teamcoach bij DigiContact voorbijkomen. Ik was direct enthousiast. Het concept van de digitale aanvulling van de reguliere zorg sprak me aan, evenals werken binnen een groeiende organisatie, waar je samen voortdurend op zoek bent naar benodigde en gewenste veranderingen en verbeteringen. Dat is binnen DigiContact zo.’ 

 ‘Bij DigiContact verandert er snel veel. We blijven groeien en krijgen van het bestuur veel vrijheid in hoe we dat doen. Dat vind ik tof. De visie van DigiContact ‘de beste zorg op afstand, altijd dichtbij’ lag er al, maar we geven daar onze eigen invulling aan. Met manager Lisa, gedragsdeskundige Rianne en het team van seniors bepaal ik waar we op de korte en langere termijn naartoe willen. Wat is nodig om de kwaliteit goed te houden en waar mogelijk te verbeteren? Hoe zorgen we dat collega’s lekker aan het werk kunnen en de ruimte krijgen om hun kwaliteiten in te zetten? Hoe optimaliseren we de samenwerking met de zorgpartners en zorgen we dat we financieel gezond worden en blijven? Dat is een grote, mooie uitdaging.’

‘De samenwerking met Rianne en Lisa is goed. We zitten op één lijn met waar we heen willen en wat daarvoor moet gebeuren. Ook met de senior begeleiders werk ik fijn samen en sinds kort is er een tweede teamcoach, Christel. Het idee is dat ik me meer kan focussen op de grote lijnen, waar we naartoe gaan en wat het team daarin nodig heeft. Hoe kunnen zij het beste uit zichzelf halen om vervolgens het beste uit de cliënt te kunnen halen? Christel gaat zich meer inzetten om implementatie hiervan tijdens de diensten te ondersteunen. De visie gaat pas leven en wordt pas realiteit als jij je er in je dagelijkse werk steeds bewust van bent.’

Ik wil graag aan collega’s meegeven dat ze nagaan wie zíj zijn, waar zíj blij van worden en hoe ze dat in kunnen zetten in hun werk.

‘Ik vind het belangrijk dat ik in mijn werk iets van mezelf kwijt kan, dat het aansluit bij mijn persoonlijke waarden: verbinding maken met de mensen die het werk doen en voor wie we het doen, verbinding tussen plannen en realisatie en steeds blijven leren en groeien. Ik wil graag aan collega’s meegeven dat ze nagaan wie zíj zijn, waar zíj blij van worden en hoe ze dat in kunnen zetten in hun werk. Ik geloof oprecht dat de collega’s en de dienstverlening daar beter van worden.’ 

Hoe begeleid jij het team daarin? ‘Voorheen had ik met alle collega’s vaste bijpraatmomenten. Ik checkte hoe het met hen ging, waar ze tegenaan liepen en of er dingen waren die anders zouden kunnen. Op een gegeven moment werd de club te groot. Nu nemen de seniors veel van mij over in persoonlijke ondersteuning en teamvorming. Ik vind het nog steeds belangrijk dat ik op de afdeling aanwezig en beschikbaar ben, dat collega’s mij makkelijk kunnen vinden met vragen en ideeën. 

Ik zie dat collega’s bij DigiContact keihard werken en dat doen vanuit een innerlijke drive.

Je vertelde dat je geen zorgachtergrond hebt. Hoe was het om daar wel in te gaan werken? ‘Mensen zeiden dat ik daar erg aan zou moeten wennen, maar ook hier wordt hard gewerkt en wil iedereen met elkaar de goede dingen doen. Dat is hetzelfde. Ik zie dat collega’s bij DigiContact keihard werken en dat doen vanuit een innerlijke drive. Dat vind ik heel mooi om te zien.’ 

‘Een groot deel van je tijd besteed je aan je werk. Toen ik wegging bij KPN had ik de behoefte om die uren te stoppen in werk dat voor mij meer voldoening gaf. Ik wil graag bijdragen aan een mooiere samenleving en DigiContact doet dat. We ondersteunen de fysieke zorg en vullen deze aan. Cliënten kunnen, zolang dit passend is binnen hun ondersteuningsvraag en indicatie, vaker en sneller hun ei kwijt en daardoor sneller weer verder. Dit vergroot hun zelfredzaamheid.’

Heb je een voorbeeld van een proces waar je bij betrokken bent geweest waarin je een belangrijke bijdrage had als teamcoach? ‘Een collega bij DigiContact gaf aan dat de onregelmatigheid van het werk haar opbrak. Aan inzet en motivatie ontbrak het niet. We hebben openlijk de mogelijkheden en onmogelijkheden besproken en kwamen tot de conclusie dat DigiContact op de lange termijn niet paste. Vandaaruit heeft ze zelf stappen ondernomen om een beter passende functie te vinden en konden we op een prettige manier afscheid van elkaar nemen. Natuurlijk wil ik het liefst alle gemotiveerde mensen binnen DigiContact houden, maar als het niet werkt voor iemand, dan heb ik liever dat diegene op een andere plek beter tot zijn/haar recht komt. Daar wordt uiteindelijk iedereen beter van.’ 

Het is belangrijk dat begeleiders gemotiveerd blijven en vanuit ontspanning kunnen werken.

‘Er komt veel onze kant op en er wordt veel van de begeleiders verwacht. Het is belangrijk dat zij gemotiveerd blijven en vanuit ontspanning kunnen werken. Dan is er tijd om te bedenken hoe cliënten het beste geholpen kunnen worden. Denken ze vooral aan de wachtrij en aan alle afspraken in de agenda, dan lukt dat niet. Dit is de grootste uitdaging binnen DigiContact.’

Neem je jouw werk wel eens mee naar huis? ‘Ja, vaak vind ik het moeilijk om mijn werk los te laten. Op mijn vrije dagen vraag ik me vaak af hoe het met collega’s, in de dienst of met lopende uitdagingen gaat. Daarin moet ik de balans zoeken. Het werkt voor mij om dan toch even aan de slag te gaan, zodat ik het daarna los kan laten. De ene keer lukt dat beter dan de andere keer.’ 

Wat doe je graag in je vrije tijd? ‘Ik loop graag hard en vind het lekker om in de tuin bezig te zijn. Ik ga graag naar buiten om te wandelen, zowel alleen als met vriendinnen, naar de stad of in het bos. Daarnaast ga af en toe een avond de kroeg in en naar een concert of festival. We hebben met een aantal buren een bootje. Het is heel ontspannend om ’s avonds na het werk een rondje te varen.’

Volgende week ga ik in mijn eentje een huttentocht maken in Oostenrijk om mijn hoofd even helemaal leeg te maken. Ik laad echt op van alleen zijn.

‘Ik ga graag op vakantie, het liefst naar de bergen om te skiën of te wandelen. Als we meteen iets actiefs doen is het voor mij makkelijker om af te schakelen. Volgende week ga ik in mijn eentje een huttentocht maken in Oostenrijk om mijn hoofd even helemaal leeg te maken. Ik laad op van alleen zijn. In mijn dagelijkse leven ben ik steeds bezig met alles wat er nog moet gebeuren. Het is fijn om dan af en toe de tijd te nemen om weer af te stemmen op wie ik ben en wat voor mij belangrijk is. Ik heb dit al wel vaker in Nederland gedaan, maar dit is de eerste keer dat ik zo lang en ver ga, dus het is ook wel een beetje spannend.’

Eerste opvang bij schokkende gebeurtenissen

Sinds 1 juli 2022 biedt DigiContact een nieuwe dienst voor zorgmedewerkers die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt. Door deze aanvulling op het bestaande opvangteam schokkende gebeurtenissen, kunnen zorgmedewerkers ook buiten kantooruren direct een hulplijn bellen. Ze hoeven daarvoor niet meer te wachten tot de volgende werkdag. Orthopedagoog bij DigiContact Rianne Dekker vertelt over deze nieuwe dienst.

Zorgmedewerkers kunnen buiten kantoortijden naar DigiContact bellen voor hulp en ondersteuning

Voor wie is deze opvang bedoeld? ‘Alle zorgmedewerkers van Philadelphia die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt met een cliënt, kunnen DigiContact bellen. Dit geldt voor alle begeleiders van alle clusters, maar ook voor managers, orthopedagogen, artsen of fysiotherapeuten (later: medewerkers). Ze kunnen buiten kantoortijden naar DigiContact bellen voor eerste hulp en ondersteuning.’

Wat was de aanleiding om deze opvang bij DigiContact onder te brengen? ‘De nazorg voor medewerkers bestaat al heel lang. Tijdens kantoortijden kunnen ze bellen of mailen naar het opvangteam schokkende gebeurtenissen. Medewerkers maken ook buiten kantoortijden – en vooral ’s avonds – incidenten en schokkende gebeurtenissen mee. Ze moesten dan wachten tot de volgende werkdag om er met iemand over te kunnen praten.

Vooral in de weekenden en met feestdagen kan daar veel tijd overheen gaan. Het is van belang om vlak na het incident iemand een luisterend oor te bieden en te horen en regelen wat nodig is. Daarom ontstond de wens voor een hulplijn buiten de kantoortijden. DigiContact is natuurlijk al in de lucht en 24/7 bereikbaar. Daarom kunnen zorgmedewerkers van Philadelphia sinds 1 juli voor de eerste opvang na een schokkende gebeurtenis contact opnemen met DigiContact.’

Wat de een niet schokkend vindt, kan de ander wel zo ervaren

Waarvoor kunnen de medewerkers bij DigiContact terecht? ‘Medewerkers kunnen anoniem naar DigiContact bellen als ze een schokkende gebeurtenis met een cliënt hebben meegemaakt. Dat kunnen allerlei gebeurtenissen zijn, want wat de een niet schokkend vindt, kan de ander wel zo ervaren. Iedere medewerker heeft een eigen verleden met een cliënt en ervaart hem of haar op een eigen manier, waardoor iedereen anders kan reageren op een gebeurtenis. Je kunt denken aan lichamelijke of verbale agressie, geweldsdelicten, overlijden van een cliënt, zelfbeschadiging, seksueel misbruik, wegloopgedrag, een verpleegkundige fout, een ernstige besmetting of seksuele intimidatie, maar het kan ook iets kleins of minder zichtbaars zijn wat een medewerker een onveilig gevoel geeft.’

‘Het verschilt ook per medewerker wat precies hun behoefte is. Vaak zijn ze na zo’n gebeurtenis hoog in hun emotie en willen ze hun verhaal kwijt. Bij de begeleiders van DigiContact kan dat. Ze luisteren naar wat er gebeurd is en wat de begeleider aangeeft nodig te hebben. Begeleiders zijn er voor medewerkers en geven ruimte om hun verhaal te doen.’

Een medewerker kan ook een meer praktische vraag hebben of het fijn vinden als iemand ergens in meedenkt

‘Een medewerker kan ook een meer praktische vraag hebben of het fijn vinden als iemand ergens in meedenkt. Het kan bijvoorbeeld zijn dat een medewerker is aangevallen door een cliënt en het vervolgens moeilijk vindt om alleen naar huis te gaan. Begeleiders van DigiContact kunnen dan meedenken in de oplossing: kan iemand hem of haar ophalen of thuis opvangen?

Het kan ook voorkomen dat een medewerker gewond is geraakt en niet goed weet wat hij of zij nu moet doen. Of iemand is zo aangeslagen dat hij of zij de dienst eigenlijk niet af kan maken. Wij kunnen dan helpen bij het regelen van vervanging. Vooral als iemand alleen aan het werk is, is dat erg fijn.’

Hoe gaat het vervolgens verder? ‘Deze dienst is een soort voorportaal van het opvangteam schokkende gebeurtenissen, voor buiten kantoortijden. We zullen daarom altijd vragen of de medewerker nog gebeld wil worden door iemand van het opvangteam. Zij pakken dan de opvanggesprekken verder op en zetten in wat nodig is. Als medewerkers dit niet willen, dan is dat ook goed. Bedenkt een medewerker zich later en wil hij of zij toch contact met het opvangteam? Dan kan dat alsnog.’

Het is heel mooi dat we kort op de bal steun kunnen bieden

Wat zijn de voordelen van deze nieuwe dienst van DigiContact? ‘Het is natuurlijk een nieuwe dienst, dus veel gaan we nog ervaren. Ik hoop in ieder geval dat medewerkers het als laagdrempelig zullen ervaren, als een mogelijkheid om een collega even te bellen. Daarnaast is het heel mooi dat we kort op de bal steun kunnen bieden en dat medewerkers vervolgens, als ze dat willen, verder opgevangen kunnen worden door het opvangteam schokkende gebeurtenissen.’

‘Als medewerker is de drempel soms groot om ergens hulp voor te vragen. Velen doen dit pas als een cliënt hen echt pijn heeft gedaan. Het is alleen niet normaal om elke dag een tik te krijgen of om altijd met een boog om een cliënt heen te willen lopen, omdat je je niet veilig voelt. Dat zijn dingen die niet zouden moeten. Deze dienst biedt een kans om sneller hulp te vragen en zo beter voor elkaar te kunnen zorgen. Tijdens de dienst, maar ook als een medewerker weer thuis is en toch nog zijn of haar verhaal kwijt wil.’

Het grote verschil is dat medewerkers anoniem naar deze dienst kunnen bellen

Waarin is deze dienst anders dan de consultatiedienst die DigiContact aan begeleiders biedt? ‘Voor de consultatiedienst bellen begeleiders met de vraag om mee te denken met een cliëntcasus. Deze nieuwe dienst biedt echt ondersteuning aan de medewerker zelf. Ze bellen voor zichzelf, om hun verhaal te doen. Waar nodig geven we richting in wat begeleiders kunnen doen, maar in principe luisteren we vooral. Het grote verschil is ook dat medewerkers anoniem naar deze dienst kunnen bellen. Om dat te waarborgen, zien begeleiders van DigiContact het direct als een medewerker hiervoor belt in plaats van voor een consultatiedienst. Net als voor de consultatiedienst is voor deze dienst geen abonnement nodig. Het is beschikbaar voor alle medewerkers van Philadelphia.’

Op dit moment is deze dienst beschikbaar voor medewerkers van Philadelphia. Zijn er andere aangesloten organisaties die dit ook voor hun organisatie willen, dan nodigen we die van harte uit om contact met ons op te nemen.

Vanaf een afstand kan ik hen geven wat ik vroeger ook nodig had

Ellen werkt al bijna 15 jaar in de zorg. Meer dan 10 jaar werkte ze op groepen waar veel agressie plaatsvond. Op den duur merkte ze dat ze dit werk niet langer kon doen. Het liefst bleef ze hetzelfde werk doen, maar dan minder onveilig. Dat vond ze in het werk bij DigiContact. Met Ellen spreken we over haar werk, motivatie en hobby’s. 

Wil je jezelf voorstellen? ‘Ik heet Ellen, ben 35 jaar en ik woon in Amersfoort. Ik ben fulltime hondenmoeder van mijn hond Nacho. Twee jaar geleden heb hem uit Spanje geadopteerd, waar hij geen fijn leven had. Hij is dan ook getraumatiseerd en dat is soms veel werk. Het gaat gelukkig veel beter: hij speelt, is speels en kwispelt zelfs, wat hij eerder niet deed.’

In plaats van focussen op diagnoses en ziektebeelden, vind ik het boeiender om te kijken naar iemands leven en wat iemand heeft meegemaakt.

‘Naast mijn werk bij DigiContact studeer ik Geestelijke Verzorging aan de Radboud Universiteit. De studie is gericht op zingeving en betekenis geven aan nare dingen die gebeuren in het leven. In plaats van focussen op diagnoses en ziektebeelden, vind ik het boeiender om te kijken naar iemands leven en wat iemand heeft meegemaakt. Ik wil iemand echt zien als mens in plaats van vanuit een ziektebeeld. Dat is de reden dat ik dit ben gaan studeren. Ook vind ik het boeiend om te kijken naar zingeving. Wat geeft zin voor iemand en wat is nou echt belangrijk?’

‘Ik heb net mijn scriptie afgerond met een voldoende, waar ik erg blij mee ben. Ik heb er lang over gedaan, omdat ik het combineerde met mijn werk bij DigiContact. Mijn scriptie ging over suïcidale jongeren en hun lijden. Opvallend was dat veel van deze jongeren vroeger nare dingen hebben meegemaakt, waardoor ze nooit konden dromen over de toekomst, een zingevingskader konden opbouwen en konden nadenken over wie ze werkelijk zijn. Dat vond ik heel boeiend.’ 

Ik kijk naar het menselijke van gedrag, naar menselijke behoeftes die we allemaal hebben, maar die sommigen moeilijk kunnen uiten.

Hoe ben je bij DigiContact terechtgekomen? ‘Ik werk sinds mijn 21e in de zorg, voornamelijk met jongeren met een lichte verstandelijke beperking en/of een psychische problematiek. Op de groepen waar ik werkte was veel agressie. Ik zoek graag uitdagingen en vind het leuk om uit te zoeken wat er onder iemands gedrag zit. Daarbij kijk ik naar het menselijke van het gedrag, naar menselijke behoeftes die we allemaal hebben, maar die sommigen moeilijk kunnen uiten.’

‘Ik heb dus altijd op hele heftige groepen gewerkt. Na meer dan 10 jaar daarin gewerkt te hebben en veel meegemaakt te hebben, merkte ik dat ik het nodig had om iets anders te gaan doen. Het werk doet veel met je. Het liefst wilde ik hetzelfde werk doen, maar dan minder onveilig. Ik werk nu 1,5 jaar bij DigiContact en sta niet meer in de heftige situatie. Ik ben er vanaf een afstand bij betrokken en dat vind ik fijn. Ik help nog steeds in crisissituaties, maar niet meer fysiek.’

Ik hoefde niet meer heel alert te zijn, wat ik blijkbaar altijd was.

‘Toen ik hier kwam werken, vond ik het bizar dat ik geen ogen meer in m’n achterhoofd hoefde te hebben en dat ik me gewoon veilig voelde. Ik hoefde niet meer heel alert te zijn, wat ik blijkbaar altijd was. Nog steeds ondersteun ik mensen, ook in moeilijke situaties, maar vanuit fysieke rust.’ 

‘Een andere reden om bij DigiContact te gaan werken, waren de consultatiediensten. In die diensten bellen begeleiders met vragen of om hun ei kwijt te kunnen. Ik sta aan de andere kant, maar begeleiders weten dat ik weet hoe ze zich voelen op het moment dat ze in een crisissituatie staan en agressie hebben ervaren. Ze weten ook dat ze de ruimte hebben om daarover te praten. Vanaf een afstand kan ik hen geven wat ik vroeger ook nodig had. Ik werkte toentertijd bij een andere organisatie en wij hadden dit niet. Ik vind het een mooie dienst van DigiContact.’

Kunnen begeleiders in een crisissituatie direct contact met jullie opnemen? ‘Buiten kantoortijden, ‘s avonds en in het weekend, kunnen begeleiders van aangesloten organisaties bellen als er iets. Het kan iets praktisch zijn, maar ze vragen ook veel advies over wat ze in bepaalde situaties moeten doen. Dat kan een crisissituatie zijn of bijvoorbeeld wanneer een cliënt suïcidaal is. Soms moeten wij dan een dienstdoende manager of een gedragswetenschapper bellen. Het is maar net wat de vraag van de begeleider is. Als ik dat als begeleider had gehad, zou dat veel gescheeld hebben. Ik denk dat het heel fijn is dat je ook achteraf met iemand kunt praten, je ei kwijt kunt over hoe heftig een situatie was.’

Ik vind het mooi dat iemand die overstuur is na 10 minuten bellen weer verder kan met zijn dag, gewoon door even contact te hebben.

Wat zijn nog meer voordelen van de hulp die DigiContact biedt? ‘Ik vind het goed dat het erg breed is en we verschillende doelgroepen spreken. Ook vind ik het mooi dat iemand die overstuur is na 10 minuten bellen weer verder kan met zijn dag, gewoon door even contact te hebben. Dat vond ik aan het begin erg apart. Ik dacht: ik heb toch niet zoveel gedaan? In een korte tijd kan iemand al verder helpen. Je kunt het misschien niet oplossen, maar iemand kan weer door met zijn dag.’

Heb je daar een voorbeeld van? ‘Zulke gesprekken heb ik elke dag. Cliënten hebben vaste afspraken over praktische zaken, maar kunnen ook ongepland bellen. Ze moeten dan hun verhaal kwijt of hebben net iets meer nodig, omdat ze even niet verder kunnen. Als hulpverlener ben je dan geneigd om afleiding als optie aan te bieden. Wat ik vanuit mijn achtergrond in de geestelijke verzorging probeer, is om erbij stil te staan en het te erkennen: “Het is heel vervelend en niet makkelijk.” Dat kan al veel brengen. Doe je dit niet, dan kan je er te makkelijk overheen gaan. Je vraagt bijvoorbeeld of iemand al heeft gewandeld of iets anders heeft gedaan wat afleidt. Cliënten reageren wel eens: “Ja, dat werkt hooguit een half uur, maar dan kom ik thuis en zit ik er weer in.” Dat is ook zo. Afleiding is niet de oplossing voor een probleem. Ik noem het een 10%-oplossing.’ 

‘Ook kan het voor mensen veel schelen als je het erkent en bespreekt dat je het nu even niet kan oplossen. Ik wil ze ook geen worst voorhouden. Wel lees ik rapportages terug en zie ik wat die persoon wel doet, stapje voor stapje. Zo sprak ik vorige week iemand die er doorheen zat. Ik zei: “Je zit nu wel op de bank en hebt je gewassen, je aangekleed en gegeten. Volgens mij is dat oké en goed voor nu. Het is al heel wat en je bent al ver gekomen.”’

Het is niet zo dat het leven altijd succesvol en fijn is.

Neem je vanuit je studie meer mee in je werk bij DigiContact? ‘Ik probeer wel eens tools van de geestelijke verzorging in te brengen, bijvoorbeeld als het gaat over het verdragen van nare dingen. Ik kijk minder vanuit diagnoses, maar vanuit dingen die cliënten als mens meemaken en die ze beschadigen. Het hoort allemaal bij het leven, want het leven is niet altijd succesvol en fijn.’

Naast heftige en erg nare onderwerpen, bellen cliënten en medewerkers ook met luchtigere vragen. Hoe vind je die afwisseling? ‘De vragen verschillen erg en dat vind ik fijn. Ik ben gespecialiseerd in de GGZ, jeugd en justitie, dus krijg veel vragen van deze doelgroepen binnen. Tussendoor krijg ik ook vragen binnen van andere cliënten, bijvoorbeeld van iemand met een lichte verstandelijke beperking die gewoon zijn leven leidt en blij in het leven staat. Dat zijn hele andere gesprekken en dat probeer ik dan ook luchtig te houden. Ik luister voornamelijk naar waar ze behoefte aan hebben. Zo geven sommige cliënten aan dat het allemaal wel goed gaat. Dan benadruk ik vooral hoe fijn dat is.’ 

‘Ik vind het ook leuk om af en toe een grapje te maken of sarcastisch te zijn. Cliënten die een afspraak hebben, zie je regelmatig terug. Daardoor kun je terugpakken op een situatie uit een vorig gesprek, maar kun je ook inschatten bij wie je een grapje kunt maken. Sommige cliënten hebben veel zelfspot. Het is fijn om zulke luchtige gesprekjes tussendoor te hebben. Als je alleen maar zware gesprekken hebt, houd je dat ook niet vol.’

‘Het heeft iets weg van ambulant werk: je komt bij mensen thuis, maar dan via beeld. De gesprekken met DigiContact zijn soms wel persoonlijker dan die ze met hun begeleiders voeren. Het verschilt per cliënt, maar sommigen bespreken situaties liever niet met hun begeleiders, omdat die meer praktische hulp bieden. Ze komen een keer per week en ondersteunen bij andere praktische zaken, zoals de post. Bij DigiContact kunnen ze hun verhaal doen over diepgaandere dingen, zonder dat ze er direct wat mee moeten. We rapporteren dat natuurlijk wel, dus begeleiders kunnen het lezen.’

Ik weet dat de cliënten worden opgevangen. Daardoor kan ik het makkelijker loslaten.

Als je een moeilijk gesprek hebt gehad, neem je dat dan wel eens mee naar huis? ‘Ik heb door de jaren heen geleerd om dat niet meer mee naar huis te nemen. In mijn werk op de groepen voelde ik me altijd over-verantwoordelijk. Er was veel verloop, waardoor ik weleens bijna geen collega’s meer had. Toen was ik thuis wel veel bezig met of alles wel goed liep. Bij DigiContact vind ik het makkelijker, omdat ik weet dat er begeleiders bij cliënten betrokken zijn. Ik zet mijn rapportage in het systeem en ga ervanuit dat begeleiders op de hoogte zijn van de situatie. Twijfel ik daarover, dan stuur ik begeleiders soms een mail dat het goed is om de rapportage te lezen. Ik weet dat de cliënten worden opgevangen. Daardoor kan ik het makkelijker loslaten.’

‘Ook heb ik de afgelopen jaren een persoonlijke ontwikkeling doorgemaakt. Ik ben me bewust van dat werk mijn werk blijft en dat ik het niet allemaal kan oplossen. Er is ook een cliënt die al lang zorg heeft en daardoor vaak heeft meegemaakt dat begeleiders in een burn-out raken en weggaan. Hij wil niet dat ik moet stoppen en zegt daarom aan het eind van een gesprek altijd: “Vergeet niet de knop om te zetten.” Zo neem ik het werk niet mee naar huis. Dat is heel lief, maar ook heel sneu. Het helpt mij om te realiseren dat je het niet redt als je alles mee naar huis neemt. Ik heb ook mijn eigen leven en geen hulpverlener is vrij van issues.’

Ik ben erg geïnteresseerd in mijn eigen religie, maar ook in andere religies: alles wat mij verder kan brengen.

Als je vrij bent, wat vind je dan leuk om te doen? ‘Ik sport veel. Ik houd van krachttraining en yoga. Dat zijn echt wel tegenpolen: met krachttraining ben ik aan knallen en mijn spieren moe aan het maken en bij yoga ga je terug naar je lichaam en je gevoel. Ik ben gelovig en spiritualiteit is belangrijk voor me. Yogadocenten bereiden soms een tekst voor die ze voorlezen, zodat je dat kunt meenemen in je yogales. Dat vind ik heel interessant en fijn. Ik ben erg geïnteresseerd in mijn eigen religie, maar ook in andere religies: alles wat mij verder kan brengen. Daarnaast ben ik creatief en vind ik het leuk om te schilderen en te tekenen. Schrijven vind ik ook leuk om te doen, maar dan meer voor mezelf.’

Tot slot nog even terug naar DigiContact. De afgelopen jaren hebben jullie een hele ontwikkeling doorgemaakt. Hoe zou DigiContact zich nog verder kunnen ontwikkelen? ‘Ik denk dat het goed is om nog meer te specialiseren in de doelgroepen. DigiContact moet eigenlijk bij alle cliënten passen, maar er zijn ook cliënten die problemen hebben met vertrouwen. Vooral voor mensen met psychische problematieken is dat erg moeilijk. We kijken in de intakes al naar wat de cliënten nodig hebben, maar door specialisaties kunnen we nog meer zorg op maat leveren. Ik zie dat als een mooie kans.’

Ik draai het liefst nachtdiensten, dan kun je echt de tijd nemen

Werken bij DigiContact: betrokken, maar toch op afstand

Mariëlle heeft al 26 jaar werkervaring in de zorg. De eerste jaren stond ze op groepen en werkte ze ambulant met mensen met een verstandelijke beperking. Toen 7 jaar geleden DigiContact op haar pad kwam, sprak haar dat erg aan en nog steeds bevalt het werk haar goed. We spraken met Mariëlle over haar ervaringen en hoe ze buiten het werk om weet te ontspannen. 

DigiContact past in alle opzichten goed bij mij

Wat bevalt je zo goed aan DigiContact? “Na 20 jaar op de groep te hebben gestaan, zag ik het niet zitten om tot mijn pensioen fysiek mensen te verzorgen. Ik heb zelf ook een lichamelijke beperking, ik loop wat moeilijker. Als ik nog langer op de groep moest blijven werken, had ik dat niet volgehouden. Het is daarom goed dat het werk bij DigiContact niet fysiek is. Daarnaast ben ik erg een gevoelsmens en heel betrokken. Bij DigiContact heb je wel het contact, maar heb je dat letterlijk op afstand. Voor mij is dat een goede manier om de betrokkenheid te houden en daar niet te ver in te gaan. Wat dat betreft past DigiContact, in alle opzichten, goed bij mij.”

Het contact met cliënten is hetzelfde, wat ik tijdens mijn vorige werk ook leuk vond

Wat is het verschil met de fysieke begeleiding? “Het is grotendeels anders. Toch is het contact met cliënten hetzelfde, wat ik tijdens mijn vorige werk ook leuk vond. Of je nou bij ze op de bank zit of ze in beeld ziet, die betrokkenheid is er wel. Met een aantal cliënten bel ik meerdere keren per dag, dus van hen weet ik veel en met hen leef ik mee. Ik kan niet naar ze toekomen, maar ben wel ‘bij ze’. Ze kunnen ons ook elk moment bellen en dan zijn we er voor hen.”

Heb je ook nachtdiensten? “Ja, ik heb daar een sterke voorkeur voor. Ik word ook wel nachtdier of nachtuil genoemd, want ik kan er goed tegen. Ik ben totaal geen ochtendmens, dus ik vind de vroege diensten lastig. Die heb ik zo min mogelijk, maar het hoort er gewoon bij. Het fijne aan de nachtdiensten vind ik dat je de tijd kunt nemen voor langere gesprekken en dat ze rustiger zijn dan de ochtend- en avonddiensten.” 

De nachtdiensten passen goed in ons leven

Hoe combineer je dat met je thuissituatie? “Ik woon samen met mijn vriend. Als ik een avonddienst heb, ga ik om drie uur naar het werk of, zoals nu, thuis aan het werk. Tussen elf en half twaalf ben ik weer thuis en dan ligt hij al op bed. Je ziet elkaar dan niet en eet niet samen. Bij de nachtdiensten word ik wakker als hij thuiskomt. Dan kunnen we wel samen eten en een fijne avond hebben. Wanneer hij naar bed gaat, ga ik naar mijn werk. Ik heb geen kinderen. Mijn vriend heeft wel twee kinderen, maar die wonen niet meer thuis. De nachtdiensten passen dus goed in ons leven.”

De psychische kant van DigiContact spreekt me erg aan

Mensen ervaren ’s nachts dingen somberder, toch? “Ja, dat klopt. Soms heb je wel drie kwartier iemand aan de telefoon die er doorheen zit of suïcidale uitspraken doet. Ik vind het een uitdaging om ze hieruit te halen en te kijken hoe het verder moet. Die psychische kant van DigiContact spreekt me erg aan. Het zijn vaak wel zware gesprekken, maar erna is er (vooral in de nacht) ook wel tijd, waardoor je er dan met collega’s zo nodig over kan praten. Daarnaast heb je ook andere klussen, want we doen de administratie allemaal zelf. Het is niet meer zoals aan het begin van DigiContact was: rustige nachten, een filmpje kijken en af en toe een belletje. Het zijn drukke diensten, maar ik vind de mix nog steeds erg fijn.”

Ik mediteer, volg workshops en doe ontspannende dingen

Je gaf net aan dat je een gevoelsmens bent. Het werk vraagt mentaal ook veel van je. Wat doe je in je vrije tijd? “Ik lees veel en houd me bezig met persoonlijke ontwikkeling en spiritualiteit. Ik mediteer, volg workshops en doe ontspannende dingen, zoals een tijdschrift lezen of een serie kijken. Daarbij kun je even in een andere wereld stappen en daar kan ik me goed bij ontspannen. Daarnaast train ik veel met mijn fitnessapparaten op zolder. Zoals ik net zei loop ik wat moeilijker, waardoor ik fanatiek train om het bij te houden.”

Het is totaal anders en drukker dan voorheen

DigiContact is anders dan 7 jaar geleden, gaf je aan. Wat valt jou op in de ontwikkeling van DigiContact in de afgelopen jaren? “We zijn in elk opzicht groter geworden. In het eerste jaar bestonden we uit een team van 15 collega’s en dat zijn er nu zo’n 45. We begonnen met de ondersteuning van cliënten van Philadelphia die ambulante begeleiding hadden. Daar zijn woongroepen en talloze organisaties bijgekomen. Ook komt er veel administratie bij kijken en dat vind ik af en toe een worsteling vanwege alle verschillende systemen. In die zin is het totaal anders en drukker dan in het begin. Af en toe vraag ik me af hoe we het kunnen bolwerken, maar al doende leert men. Ik ben er daardoor wel rustiger en handiger in geworden.”

Als ik het leuk en fijn blijf vinden en er voldoening uit blijf halen, dan blijf ik dit tot mijn pensioen doen

Als je 7 jaar vooruitkijkt. Heb je dan dromen? “Ik ben niet erg ambitieus. Als ik het hier draaiende weet te houden en het volhoud, dan is dat goed. Af en toe word ik wel teruggefloten als ik te veel doe. Ik vind het gewoon fijn. Ik hoop dat ik het volhoud, want het is wel een aanslag op je lijf om steeds te schakelen tussen de diensten. Waar het in eerste instantie om draait, zijn de gesprekken met de cliënten. Als ik dat leuk en fijn blijf vinden en ik daar voldoening uit blijf halen, dan vind ik het goed. Dan blijf ik dat tot mijn pensioen doen.”

De kans dat een cliënt vaker dezelfde persoon aan de lijn krijgt, is kleiner geworden

Als je DigiContact een advies zou kunnen geven, waarin zou het zich dan nog in kunnen ontwikkelen? “In het waarborgen van de kwaliteit. We zijn zo groot geworden en hebben zoveel cliënten. In het begin kende je de cliënten beter. Nu lijkt het soms een rijdende trein en gaat het wel eens te hard. Je moet het wel kunnen bijhouden.”

“De kans dat een cliënt vaker dezelfde persoon aan de lijn krijgt, is ook kleiner geworden. Eerder kenden ze ons allemaal. Cliënten die we al 7 jaar begeleiden, zeggen dan ook wel eens: ‘Wat fijn dat ik jou weer spreek!’ Dat is allemaal veranderd en wennen. We kunnen daar ook niet meer aan beginnen. Het is niet meer haalbaar en misschien hoeft dat ook niet.”

Als iemand belt, heb je dan alle gegevens bij de hand? “Ja, we kunnen alles opzoeken als iemand belt. Met mijn 26 jaar ervaring in de zorg weet ik, als ik de cliënt niet ken en niet zo snel in het systeem kan opzoeken, dat ik op de cliënt kan afstemmen. Ik heb daar vertrouwen in en zoek ondertussen de informatie op.”

Later hoor ik wel eens terug dat een cliënt erg blij is dat hij of zij mij heeft gesproken. Dan denk ik: ‘Daar doe ik het voor!’

Heb je een voorbeeld van iets bijzonders wat je hebt meegemaakt in je werk bij DigiContact? “Soms gebeurt er iets waardoor iemand het niet meer ziet zitten en erg angstig is. Ik heb dan een gesprek met hem of haar en breng de begeleiding daarvan op de hoogte. Later lees ik dan wel eens terug in de rapportage, of hoor ik van mijn collega, dat de cliënt erg blij is dat hij of zij mij heeft gesproken, waardoor hij of zij de nacht doorkwam. Dan denk ik: ‘Daar doe ik het voor!’”

Af en toe mis ik de kracht om door te gaan.

DigiContact was op bezoek bij Sonja. Sonja is in zorg bij Amsta via de GGZ. Regelmatig komt de ambulant begeleider Karin bij haar langs om te kijken hoe het gaat. Daarnaast maakt Sonja gebruik van DigiContact. Toen ze na haar tweede opname weer naar huis ging, werd deze gecombineerde begeleiding opgestart.

Karin: ‘Sonja mocht naar huis, op voorwaarde dat ze hulp van ons zou accepteren. DigiContact kwam er op dat moment in en dat was denk ik ook wel nodig, want wij werken niet in de avonden en in de weekenden. Dat was eigenlijk een heel mooi argument om DigiContact te introduceren, want zij waren er wel 24 uur per dag, zeven dagen van de week.’

‘Ik werk niet in de avonden en weekenden. DigiContact is er 24 uur per dag.’

Sonja: ‘Ik woon hier nu zelfstandig en ik doe eigenlijk alles alleen. Er komt één keer per week iemand langs om mij te ondersteunen. Daarnaast heb ik DigiContact. Sowieso word ik elk weekend gebeld door DigiContact om te vragen hoe het met me gaat, hoe mijn week is geweest en wat ik ga doen. En ik kan zelf ook altijd bellen. Toen ik na mijn eerste opname thuiskwam werd het mij echt aangeraden. Ik heb nog last van paniek en dat soort dingen en dan is het gewoon heel fijn als je iemand kan bellen.

‘Er is altijd een luisterend oor en tijd voor een grapje.’


Karin: ‘Alles was zo slecht in de situatie van Sonja. We deden wat we konden doen en het was echt op dat moment dat we dachten: “Oh, dat is ook wel een goede, DigiContact erbij”. Dat bleek eigenlijk een gouden greep te zijn. Je kan ze bellen wanneer je wilt. Er is altijd een luisterend oor en er is tijd voor een grapje. Het zullen niet je vrienden worden, maar ze vervullen op deze manier wel een hele belangrijke plek in levens.’

‘Af en toe denk ik: Zal ik inbellen? Nee, ik los het zelf wel op. Maar als ik dan toch bel is het fijn dat ik even iemand heb om mee te praten.’

Karin: ‘Ik denk dat het goed is dat als Sonja twijfelt en weet dat ze eigenlijk meteen iemand nodig heeft en ik ben niet te bereiken, dat ze dan gewoon DigiContact kan bellen. Dat moet ze gewoon doen, daar zijn ze voor.’

Sonja: ‘Er is altijd iemand, ook als je ’s nachts niet kan slapen of bij jezelf voelt: ik krijg paniek of ik voel me niet goed of ik ben van plan om toch weer alle pillen in te nemen. Ik ben nu zo ver dat ik toch op die knop kan drukken en dan kan DigiContact met je praten en kan zorgen dat je die stap niet zet. Af en toe mis ik gewoon de kracht om door te gaan. Ik doe echt alles om dat wel vast te houden. Dan ben ik blij dat ik even iemand aan de lijn heb.

Veiligheid voorop bij nachtmonitoring

DigiContact is sinds december 2020 begonnen met nachtmonitoring op woonlocaties. Hierbij is een team met begeleiders gedurende de nacht beschikbaar voor cliënten en begeleiders van deze locaties. Met DigiContact begeleiders Alwin en Ludo spraken wij over hun ervaringen van de eerste maanden. Dit is het verhaal Alwin. 

Laten we bij het begin beginnen. Wie ben je? Mijn naam is Alwin en ik ben 32 jaar. Ik woon in Amersfoort en werk sinds december 2020 bij de nachtmonitoring van DigiContact. Ik werk er dus sinds het begin. 

Hoe ben je daar terecht gekomen? Al sinds 2008 ben ik werkzaam in de zorg. Ik heb altijd als woonbegeleider met verschillende doelgroepen gewerkt en wilde graag iets anders. Ik wilde voornamelijk regelmatiger gaan werken, maar ook een andere manier van zorg aanbieden. Op dat moment kwam de nachtmonitoring van DigiContact om de hoek kijken en dat leek mij een mooie vorm. Ik was gewend om op de werkvloer fysiek zorg te bieden. De zorg van DigiContact is digitaal en op afstand. Dat is dus een hele andere manier. Daarnaast brengt de nachtmonitoring regelmaat met zich mee, wat mij ook erg aansprak.

Het is een vorm van nabijheid die de cliënt zelf kan opzoeken.

Wat voegt DigiContact en nachtmonitoring in jouw ogen toe aan de zorg? In het algemeen voegt DigiContact voor mij veel toe met de zorg die zij op afstand bieden. Het is een vorm van nabijheid die de cliënt zelf kan opzoeken. Dat geldt ook voor de nachtmonitoring. Wij bieden daarmee zorg op afstand zonder dat de cliënt daar ’s nachts wakker van wordt. Een cliënt ervaart gewoon de rust van de nacht, terwijl hij of zij in de gaten gehouden wordt. Dat biedt veiligheid.

Het biedt begeleiders ook veiligheid en bovendien ontlasting. Zij kunnen er namelijk vanuit gaan dat ze gerust kunnen slapen, omdat er iemand meekijkt. Ook weten ze dat, op het moment dat ze wakker gebeld worden, er echt iets aan de hand is. Nadat een cliënt voor de nachtmonitoring is aangemeld, maken we namelijk afspraken over wanneer de slaapdienst wakker gebeld moet worden. Wij krijgen meldingen binnen op ons monitoringssysteem. Dat kunnen verschillende meldingen zijn. Zodra we een melding binnenkrijgen, kijken wij de camerabeelden met geluid terug. Als het volgens de gemaakte afspraken nodig is, dan bellen we de slaapdienst op de locatie wakker. Het is niet altijd nodig. We krijgen namelijk ook meldingen binnen van een cliënt die bijvoorbeeld naar de wc gaat. Bij sommige cliënten hoeft daar niemand bij te zijn, waardoor de slaapdienst dan niet wakker hoeft te worden. Zo ontlast het de begeleiders. 

De slaapdienst kan ’s nachts slapen en wij houden de cliënten in de gaten.

Er zit een verschil tussen de nachtzorg en de normale zorg van DigiContact. Kun je dat uitleggen? Bij DigiContact kunnen cliënten zelf met een vraag inbellen en bij de nachtmonitoring werkt dat andersom. Op het moment dat het nodig is, bellen wij de begeleiders die slaapdienst hebben wakker. De slaapdienst kan ’s nachts slapen en wij houden als nachtmonitoring de cliënten in de gaten. 

De nachtmonitoring zie ik als een toevoeging op de zorg van DigiContact. Naast dat wij er zijn als nachtmonitoring, is DigiContact ook 24 uur per dag bereikbaar. Als een cliënt ‘s nachts wakker wordt en wil inbellen, dan kan dat ook nog steeds. Daarnaast kunnen wij ook gebruikmaken van de expertise van DigiContact. 

Hoe kan dat bijvoorbeeld gaan? Er kan zich een situatie voordoen waarin wij met iemand willen sparren. Dan kunnen we iemand van DigiContact vragen om bijvoorbeeld samen naar beelden te kijken of een geluidsopname te beluisteren. Het is wel eens voorgekomen dat een cliënt haar deur van binnenuit op slot draaide, waardoor de begeleider op locatie niet naar binnen kon. Op dat moment wil je snel overleggen over wat handig is om te doen: spreken we zelf de cliënt aan of zetten we een actie uit? 

We krijgen meldingen van een epileptische aanval, maar ook van mensen die de slaapkamer verlaten.

Wat voor soort meldingen krijgen jullie binnen? Het zijn verschillende meldingen. Het kan bijvoorbeeld een melding zijn van een epileptische aanval, maar ook van iemand die de slaapkamer verlaat, wanneer dat niet de bedoeling is. We krijgen soms ook meldingen binnen van iemand die hulp nodig heeft op het toilet. Het kan dus van alles zijn.  

Wat is een bijzondere, leuke situatie die je met de nachtmonitoring hebt meegemaakt? Wij monitoren een cliënt die ’s nachts nogal beweeglijk kan zijn. Laatst kwam het voor dat ze haar salontafel had verschoven. Ergens is dat grappig, maar tegelijkertijd is het ook een risico voor valgevaar. De salontafel stond namelijk in het looppad. Daarom belde ik gelijk naar de slaapdienst op de locatie. Ik legde de situatie uit en ze kwamen gelijk in actie. Nog geen minuut later zagen we dat de slaapdienst bij de cliënt was. Ze zetten de tafel terug en begeleidden de cliënt weer rustig naar bed. 

Kun je iets vertellen over de systemen waar jullie mee werken? We werken met drie systemen: Hertek, Milestone en ECD Cura. Hertek is een systeem waarop je de meldingen ziet binnenkomen en Milestone is het monitoringssysteem waar je continu het beeld van bijvoorbeeld een slaapkamer of woonkamer op ziet. In ECD Cura rapporteren wij acties die zijn uitgezet.

Een melding komt via Hertek op je scherm binnen. Je ziet om welke locatie, cliënt en kamer het gaat. Je klikt op de melding en krijgt gelijk een camerabeeld met geluid te zien. Op basis daarvan kun je handelen. In het systeem kunnen we ook klikken op de knop ‘Bewoner’. Dan krijgen we de afspraken te zien die met de cliënt, verwanten en begeleiders over deze cliënt zijn gemaakt. Als we een melding binnenkrijgen en daar een actie op uitzetten, dan rapporteren we dat in ECD Cura, zodat dat zichtbaar is voor de begeleiders op de locatie.

Er worden precieze afspraken gemaakt over de tijdvakken waarbinnen we monitoren.

Hoe wordt hierin de privacy van de cliënt gewaarborgd? Voordat een cliënt voor de nachtmonitoring wordt aangemeld, gaan we met de cliënt en zijn of haar verwant in gesprek over de privacy van de cliënt. Er worden afspraken over gemaakt, onder andere over de precieze tijden waarin wij een cliënt monitoren. 

Waarom heb jij gekozen voor ’s nachts werken? Ik heb hiervoor gekozen, omdat ik meer regelmaat in mijn leven wilde. Ik werkte hiervoor onregelmatig, waardoor ik afwisselend vroeg of laat sliep en soms ook ’s nachts moest werken. We werken bij de nachtmonitoring met blokken van vijf of zes dagen achter elkaar waarop je werkt. We werken dus niet twee dagen wel, één dag niet en weer een dag wel. Dat zorgt voor een goede balans. 

Wat doe je als je niet aan het werk bent? Dan ben ik veel te vinden in het bos met mijn hond. Ik ben bij mijn familie of vrienden, met hen lekker een hapje aan het eten of naar de bioscoop.   

Nachtmonitoring kan een toegevoegde waarde zijn voor woonlocaties.

Wat zou je willen zeggen tegen woonlocaties die nachtmonitoring overwegen? Nachtmonitoring kan een toegevoegde waarde zijn voor woonlocaties. Cliënten worden niet verstoord in hun nachtrust en begeleiders die slaapdienst hebben, zijn over het algemeen ook minder vaak wakker. Ik zou zeggen: Probeer het uit!

Heb je interesse en wil je meer informatie? Neem dan contact op met de projectleider van DigiContact via aanvragen@digicontact.nl

Onze bewoners zijn zelfredzamer, zelfstandiger en trotser op zichzelf

Door middel van (beeld)bellen levert DigiContact ondersteuning op afstand aan mensen die een steuntje in de rug nodig hebben. Dit doet zij in samenwerking met begeleiders van zorgorganisaties die de begeleiding bij mensen thuis of binnen een woonlocatie verzorgen. Babs Vuijk is projectleider innovatie en projecten bij Philadelphia. In haar vorige functie als manager zorg & begeleiding zette zij DigiContact in bij woonlocatie Delftzicht. We spraken haar over haar ervaringen.

Er werd gedacht dat het een bezuiniging was, maar dat is het absoluut niet.

Hoe ben je in aanraking gekomen met DigiContact? “In mijn vorige functie was ik manager van locatie Delftzicht van Philadelphia. Daar zijn we drie jaar geleden begonnen met het inzetten van DigiContact. We werkten daar op dat moment met een slaapdienst die ’s nachts op de locatie verbleef en er tot de volgende ochtend sliep. We merkten dat de begeleiders de enigen waren die daar profijt van hadden. Zij sliepen goed, maar de cliënten niet. Cliënten gingen ’s nachts gewoon de hort op. Ik merkte dat hierdoor uren werden ingezet op tijdstippen dat cliënten het niet nodig hadden en er daardoor, op de tijdstippen dat ze het wel nodig hebben, geen uren meer beschikbaar waren. Dat vond ik zonde. Toen ben ik drie jaar geleden bij Delftzicht begonnen met het implementeren van DigiContact. Dat is ook wat ik de komende jaren bij Philadelphia ga doen. Ik doe dat omdat ik er absoluut in geloof dat het wat toevoegt voor de cliënten en het team.”

Zag je direct iets in DigiContact toen je er voor het eerst van hoorde? Hoe ging dat? “Ik sta altijd wel open voor allerlei nieuwe dingen. Toen DigiContact ontwikkeld werd, dacht ik dat het een antwoord kon zijn op de vraag naar andere manieren van begeleiden. Ik heb dat eerst voor mezelf uitgedacht en met een collega besproken. Hoe ga ik dat dan doen? Hoe pakken we dit aan? Ik wist dat er weerstand zou komen, zowel van teamleden als van cliënten en verwanten, maar ik heb altijd geloof gehad dat ze het konden. Die weerstand kwam inderdaad. Er werd gedacht dat het een bezuiniging was, maar dat was het niet. Het is gewoon een manier om medewerkers in te zetten op tijdstippen waarop de cliënten dat nodig hebben.”

De weerstand is weg omdat iedereen gemerkt heeft hoe de cliënten gegroeid zijn.

Er is nu inmiddels al wat tijd overheen gegaan. Hoe is het nu? “De weerstand in Delftzicht is weg. Dat komt omdat iedereen gemerkt heeft hoe de cliënten gegroeid zijn in hun eigen leven. Medewerkers merken dat het heel fijn is dat het rooster nu zo is ingericht dat ze met z’n tweeën werken, in plaats van alleen. Dit doet me denken aan het eerste telefoontje dat ik kreeg toen we eenmaal het nieuwe rooster hadden. Een begeleider belde me op en zei: ‘Wat denk je dat ik nu aan het doen ben? Ik ben met een groepje cliënten in een supermarkt en ik ben ze aan het leren dat je producten kunt kopen die op ooghoogte liggen, maar dat je ook op de rij daarboven of -onder kunt kijken. Dat zijn vaak goedkopere producten waar hetzelfde in zit.’ Ze had de tijd en mogelijkheid om de cliënten te leren hoe ze met geld om kunnen gaan en inmiddels gaan bewoners gewoon zelf boodschappen doen. Ze hebben de hulp niet meer nodig. 

Hetzelfde geldt voor een cliënt die zich eerder altijd versliep. Toen we met DigiContact startten, belde zij hem steeds wakker en nu staat hij zelf op tijd op en is hij op tijd op zijn werk. Dat is die groei die de bewoners hebben doorgemaakt. Dat had ik van tevoren nooit zo in kunnen schatten.”

De veiligheid van bewoners is met DigiContact goed geborgd.

Dus het is eigenlijk nog beter dan je had verwacht? “Ja, absoluut. Ik werd een keer opgeroepen toen er overdag een incident plaatsvond. Er was op dat moment geen begeleiding, dus de bewoners hadden DigiContact gebeld. Het is je grootste angst als manager van een locatie dat er echt een incident plaatsvindt. Ik zag toen hoe de samenwerking tussen bewoners en DigiContact was en dat het zoveel toevoegt. De veiligheid van de bewoners is hiermee goed geborgd.”

Zie je verschil in het soort vragen waarmee cliënten DigiContact bellen of naar de begeleiders stappen? “Het heeft vooral met het tijdstip te maken. Bewoners kunnen nu hulp vragen wanneer ze dat nodig hebben en weten ook dat ze dan meteen antwoord hebben, of het nou ’s nachts of ’s ochtends vroeg is. Ze kunnen met hun hulpvraag gewoon 24/7 terecht en ik denk dat dat wel de grootste toevoeging is. De begeleiders van DigiContact stimuleren de bewoners ook om zo veel mogelijk zelfstandig te doen.”

Als er een incident heeft plaatsgevonden, kunnen begeleiders hun verhaal kwijt bij DigiContact.

Begeleiders hebben de mogelijkheid om zelf met DigiContact te bellen. Zie je dat als meerwaarde? “Voorheen werd je als manager van een locatie weleens door begeleiders gebeld in het weekend en DigiContact heeft dat overgenomen. Als er wat is gebeurd of een begeleider wil gewoon even sparren met een collega, dan bellen ze DigiContact. Daar is inmiddels ook een verpleegkundig team bij wie je met medische zorgvragen terecht kunt. Ik denk ook echt dat het heel veel toevoegt, omdat de begeleiders bij DigiContact weten waar ze over praten, ook al zijn ze op afstand.”

Zie je dat er veel gebruik van wordt gemaakt? “Er wordt het meest gebruik van gemaakt bij calamiteiten, bij ernstige dingen die niet binnen de normale begeleiding plaatsvinden. Dan willen begeleiders even sparren of hun eigen gevoel van onrust kwijt. Als er bijvoorbeeld een incident heeft plaatsgevonden en alles is afgerond, kunnen ze bij de collega’s van DigiContact hun verhaal kwijt.”

Er is meer tijd om cliënten te helpen te groeien en zich te ontwikkelen.

Is het werk van begeleiders op locatie veranderd door de samenwerking met DigiContact? “Het werk is voor de begeleiders zeker veranderd. Dat is niet alleen omdat ze nu tijdens een dienst met z’n tweeën werken, in plaats van alleen, maar ook omdat simpele hulpvragen meteen opgelost worden door DigiContact. Hulpvragen blijven daardoor niet liggen en cliënten hoeven niet te wachten tot er een begeleider is. De vraag kan gelijk beantwoord worden door DigiContact en daardoor heeft de begeleider meer tijd om andere dingen te ontwikkelen, samen met cliënten. Dat zie ik als een wezenlijke verandering.”

“Doordat hulpvragen van cliënten nu 24/7 beantwoord worden, is er meer tijd om andere dingen met cliënten op te pakken. De begeleiders kunnen cliënten meer helpen te groeien en zich te ontwikkelen en er is meer tijd voor een-op-een gesprekken.”

Cliënten zijn zelfredzamer geworden, leven zelfstandiger en zijn trotser op zichzelf.

Hoe kijk jij nu terug op de afgelopen drie jaar met DigiContact? “Ik heb altijd geweten dat cliënten dit konden en dat het wat toe zou voegen, maar ik heb zelf nooit van tevoren kunnen voorzien hoe enorm cliënten hierin zijn gegroeid. Ik vind dat het mooiste wat er is gebeurd.”

Waar zit die groei hem bijvoorbeeld in? “De groei in zelfstandigheid, in zelf beslissingen nemen, in zelf boodschappen doen, in geen hulp meer hoeven te vragen en eigenlijk net zo’n leven te leiden als ieder ander in de maatschappij. Zelf wakker worden en op tijd op je werk zijn. Het klinkt als hele kleine dingen, maar voor cliënten zijn het enorme groeimomenten die ze doormaken. Ik denk dat de groei bij cliënten ook zit in het gevoel van eigenwaarde en het gevoel dat ze het zelf kunnen en niet altijd fysieke begeleiding nodig hebben, omdat ze DigiContact kunnen bellen. In de loop der jaren heb ik ook gemerkt dat cliënten niet voor alles meer hulp van begeleiding nodig hebben, maar dat ze steeds meer in staat zijn om zelf tot oplossingen te komen. Ze zijn zelfredzamer geworden, leven zelfstandiger en zijn trotser op zichzelf. Ja, dat vind ik echt het mooiste effect van de inzet van DigiContact.”

Hoe past digitale ondersteuning binnen het totale zorgaanbod?

Marion van Egten (DigiContact begeleider) en Rianne Dekker (orthopedagoog) werken bij DigiContact. DigiContact is innovatief in zijn ondersteuning en verzorgt digitale begeleiding via (beeld)bellen voor mensen met een ondersteuningsvraag. DigiContact past hierbij blended care toe in samenwerking met diverse zorgorganisaties.

In dit whitepaper gaan Marion en Rianne dieper in op ontwikkelingen binnen de zorg en de rol die digitale ondersteuning inneemt, of in kan nemen, binnen het totale zorgaanbod.

Ik hou van kickboksen, koken en pianospelen. En van mijn hond, dat is echt mijn vriend.

Sander is 32 jaar en woont in Zwolle samen met zijn partner en hond. Sinds ruim vier jaar werkt hij bij DigiContact. In die periode is hij er even een half jaar tussenuit geweest. Met z’n drietjes maakten ze een rondreis door Engeland. Voordat Sander bij DigiContact kwam werkte hij op woonlocatie van Philadelphia en als ambulant begeleider. Hij tikt al bijna de twaalf en een half jaar aan in de zorg.

We hebben de auto ingepakt en zijn vertrokken

Wat heb je in Engeland gedaan? “Waar sommige mensen de beslissing nemen om op een bepaalde leeftijd ofwel te gaan trouwen of aan kinderen te beginnen, hebben wij besloten een rondreis door Engeland te maken toen het nog kon. We hebben allebei onze baan even op pauze gezet en gezegd, we gaan. We hebben de auto ingepakt en zijn vertrokken. Mooi was dat.”

Hoe ben je bij DigiContact terechtgekomen? “Ik heb altijd gewerkt op woonlocaties en daarna dus ambulant. Nee, ik zeg het verkeerd-om. Ik werkte eerst ambulant en ben toen naar een woonlocatie gegaan. Omdat het fysiek voor mij beter was om iets meer zittend werk te gaan doen ben ik naar DigiContact gegaan. Eerst ben ik gaan kijken of dat bij mij zou passen en vrij snel kwam ik erachter dat dat zo was, dus ben ik hier niet meer weggegaan. Gelukkig maar.”

Als je echte belangstelling toont, ontstaan de mooiste gesprekken

Wat doe je bij DigiContact? “Momenteel werk ik als senior begeleider. In feite ben ik er gewoon om alle gesprekken met cliënten te voeren, overigens ook met medewerkers van woonlocaties als er vragen zijn. Wij proberen door middel van gesprekken en soms wat tips, maar vooral ook door te luisteren en vragen te stellen, ervoor te zorgen dat cliënten weer verder kunnen in hun dag. Of we nemen een dag met ze door of we plannen een dagelijkse herinnering van de medicatie, omdat mensen het anders vergeten. Er zijn zoveel onderwerpen waarover gebeld wordt, ik kan het zo niet bedenken, heel veel.”

Kun je een voorbeeld noemen van een gesprek wat jou echt is bijgebleven? “Ja, een heel positief gesprek, wat ik echt als heel prettig heb ervaren en leerzaam ook, was met een dame. Ze vertelde mij heel erg te houden van fotografie. Nu heb ik zelf niet zo heel veel kennis van fotografie en dat maakt het misschien des te leuker, als je jezelf zo opstelt dat je ook wel wil leren. Ik heb haar vragen gesteld over fotografie en wat zij dan precies deed.”

“Zij vertelde dat ze heel graag foto’s wilde maken van mensen met een beperking, juist om te laten zien hoe mooi die mensen zijn. Zo zei ze het echt letterlijk en dat deed mij wel wat, in positieve zin. Ze zei ook: “Ik ga ook geen filter over foto’s gebruiken. Ik ga ze niet mooier maken dan hij is, want mensen zijn zoals ze zijn en ze zijn mooi zoals ze zijn”. Toen dacht ik: ja, dat is toch echt wel prachtig, als je dat gewoon kan zeggen. Dat vond ik mooi. Het was een heel fijn gesprek, ook al heb ik niet zoveel met fotografie. Als je jezelf zo opstelt dat je van iedereen ook wat wil leren en jezelf echt wil verdiepen dan komen er de mooiste gesprekken uit.”

Zij had een goede elevator pitch. Sander: “Absoluut. Zij gaf ook nog een voorbeeld, ze zei: “Als je nu uit het raam kijkt” – dat deed ik, ik werkte toevallig toen ook thuis en ik keek ook echt uit mijn raam, net zoals ik nu even kan doen – Ze zei: “Ja, het is mistig, maar als ik dan ga doen alsof de zon schijnt, dus ik maak er een hele filter overheen, dan is het nep. Dat is niet wat het is, ik wil een foto echt hebben”. Ja, dat vond ik mooi.”

Iedere begeleider kan iedere cliënt de juiste begeleiding geven

Zie jij kansen voor DigiContact? Waar verdere ontwikkelingsmogelijkheden liggen? Sander: “Hoe bedoel je dat precies?” Er is nu bijvoorbeeld een digitaal verpleegkundig team en nachtmonitoring wordt opgestart. Jij werkt natuurlijk nu al wat jaren bij DigiContact, zie jij nog meer mogelijkheden voor DigiContact om zich verder te ontwikkelen?

“Als je nu kijkt dan zie je dat alle begeleiders kennis hebben van alle mogelijke beperkingen en ziektebeelden. Ik denk dat het goed is om op termijn te gaan inventariseren waar de expertise van iedere begeleider ligt. Dan kun je ook kijken welke cliënt of welke doelgroep het best past bij welke collega, zodat we misschien cliënten daarin nog verder vooruit kunnen helpen. Ik denk dat dat wel een ontwikkeldoel zou kunnen zijn. De begeleidersgroep wordt alleen maar groter, net als de differentiatie binnen de cliëntgroepen en zorgorganisaties. Ja, dan moeten wij ook blijven meegroeien.”

Heb je het idee dat je mensen met een psychische stoornis ook goed kan helpen of ben je als begeleider toch meer ingesteld op mensen met een beperking? “Iedere begeleider kan in principe elke cliënt begeleiden. Waar wij altijd voor zorgen is dat wij alle informatie hebben, daarom voeren wij ook intakes met alle cliënten en met de begeleider erbij. Juist om ervoor te zorgen dat wij de informatie over een cliënt hebben inclusief een juiste begeleidingswijze. In dat opzicht maakt het dus niet uit.”

“Iedereen heeft nu ook al wel zijn eigen expertise, dus we vragen elkaar ook, waar ben jij goed in, kun je mij hierin een beetje helpen? Mijn kennis over de GGZ is wat minder, daar ben ik iets minder in gespecialiseerd, maar dan vraag ik mijn collega’s: Goh, ik liep hier tegenaan, kun je me verder helpen voor een volgende keer of hoe kan ik dat anders doen?”

Wat is jouw specialisme? “Dat is toch de gehandicaptenzorg. Daar kom ik ook echt vandaan en dat heb ik altijd gedaan, dus dan ligt daar wel meer mijn expertise dan bijvoorbeeld bij de GGZ.”

Mijn hond, een bordercollie van 7 jaar, is echt mijn vriend

Wat doe je als je niet aan het werk bent? “Ik houd van sport. Ik kijk graag naar voetballen. Ik zit zelf op kickboksen dat doe ik één of twee keer per week. Dat doe ik weleens met mijn partner en dat doe ik ook weleens met vrienden. Ik heb ook spullen in huis om af en toe wat te trainen. Ik houd van koken, dat vind ik ook leuk om te doen.”

“Oh ja, we hebben een piano en daar probeer ik af en toe wat op te spelen. Maar dat komt er nooit zo van. Al hebben we echt net per vandaag afgesproken dat we ook Zoom meetings gaan volgen voor pianoles, dus dan zal ik wel weer moeten. En in de sneeuw spelen met mijn hond. Dat is heerlijk. Ik heb een bordercollie van zeven jaar, dat is echt mijn vriend.”

Wat vind je het mooiste onderdeel van je werk? “Ik noemde net zo’n voorbeeld van een gesprek wat ik heel erg fijn vind en iets wat mij ook kan raken. Het mooiste vind ik dat je een cliënt echt weer verder helpt en vooral als hij of zij zijn of haar eigen ideeën kan bedenken door middel van vraagstelling. Dat je een vraag stelt en iemand bedenkt zich ineens: “oh, ja misschien zou ik dat ook nog wel kunnen doen.”

“Toevallig vandaag liep iemand er tegenaan dat ze de deur niet uit kon, omdat ze wachtte op een pakketje. Dan stel ik de vraag: “Kun je dan echt je deur niet uit of zijn er ook andere mogelijkheden?” Eigenlijk door middel van vragen kwam ze erachter dat ze ook wel een briefje kon ophangen dat ze het bij de buren konden afleveren. Ja, een simpel voorbeeld, maar je merkt dan toch dat mensen het zelf gaan bedenken en als mensen het zelf gaan bedenken en zelf verder kunnen dan vind ik dat heel mooi.”

Begeleiders hebben soms baat bij een collega die meedenkt 

“Wat mij ook altijd heel goed doet zijn de bereikbaarheidsdiensten van locaties. Als ik zo’n consultatiegesprek voer, – hoe we dat zo mooi noemen – dan merk je dat begeleiders op de woonlocaties het prettig vinden om met een collega te sparren die wat meer op afstand staat. Er kunnen soms best panieksituaties ontstaan en dan is het fijn dat wij rustig blijven. Wij zijn daar dan minder een partij in, omdat wij natuurlijk niet een directe band met de cliënt hebben, dus wij kunnen dan misschien iets makkelijker vanuit rust samen met de begeleider de oplossing vinden. Ik vind het heel fijn om de begeleider in zo’n situatie weer verder te helpen en krijg daar geregeld een blijk van dankbaarheid voor terug.”

“Ik kreeg laatst een mailtje van een begeleider. Ze zei: “Wat er gebeurd is, is echt wel heel heftig geweest, maar mocht nog een keer iets voorvallen dan weet ik dat ik bij jullie in goede handen ben.” Dat is toch eigenlijk waar je het voor doet. Mijn rol was helemaal niet zo groot. Ik bedoel, zij heeft het gedaan, zij heeft gehandeld en zij heeft goed gehandeld, maar dat je dan toch nog dat te horen krijgt dat doet me goed.”